Weg met Wiebelbenen, 5 tips

Wiebelbenen, kloppende onderbenen, onrustige benen… Het is denk ik de grootste frustratie van veel ruiters. Het lijkt alsof je je paard elke pas aandrijft, maar het gebeurt helemaal onbewust. En wanneer je erop gewezen wordt door je instructeur, dan lukt het nog niet om ermee te stoppen. Wat kun je eraan doen? In deze blog krijg je een aantal tips van me.

De oorzaken

Onrustige benen worden veroorzaakt door verschillende dingen; je houding, het zadel en zelfs het paard. We gaan een aantal van deze oorzaken onder de loep nemen, zodat we een basis hebben om echt aan die benen te gaan werken.

Allereerst je houding en dan met name de positie van je bekken. Al in eerdere blogs schreef ik over de optimale stand van het bekken; Middenstand. In deze houding zijn je heupen vrij om in alle richtingen te bewegen. En dat is nodig ook! Je paard beweegt namelijk ook in alle richtingen. Een stil been is optisch stil, maar beweegt eigenlijk heel veel, omdat de paardenrug dat ook doet. Pas wanneer je beenbeweging niet overeenkomt met de bewegingen van je paard, krijg je een wiebelbeen.

Wanneer je bekken niet in de juiste stand staat, kunnen de bewegingen van je heupen worden belemmert. Wanneer je bekken achterover staat kunnen je heupen niet nog verder strekken bijvoorbeeld. Hierdoor zijn je heupen niet in staat de bewegingen op te vangen en af te laten vloeien en stromen ze door naar de rest van je lijf. Bijvoorbeeld je knie of je onderbeen. Dit zorgt ervoor dat je gaat wiebelen.

Je wilt je bekken dus zo optimaal mogelijk op de koppen van je bovenbenen plaatsen, zodat je de bewegingen in alle richtingen op kunt vangen. Wil je weten hoe? Neem dan eens een kijkje in deze blog.

Ook je zadel kan een rol spelen bij het ontstaan van wiebelbenen. Wanneer je zadel niet geschikt is voor de anatomie van jouw lijf, dan zorgt dit voor problemen. Een te klein zadel beperkt je bewegingsvrijheid, een te groot zadel biedt te weinig steun. De beugelophanging kan te ver naar voren zijn, waardoor je onvoldoende steunvlak kunt creëren. Het is dus belangrijk dat het zadel ook jou als ruiter past!

En dan blijft natuurlijk het gegeven dat sommige paarden makkelijker zitten dan anderen. Met name bij onrustige benen is het flegmatieke paard funest. Omdat je het idee hebt dat je paard stilvalt als je stopt met drijven, is het heel moeilijk om aan je beenligging te werken.

Om je beenligging te verbeteren zou het ideaal zijn wanneer je weinig of helemaal niet hoeft te drijven. Op die manier voel je het beste verschil tussen hulp ‘aan’ en hulp ‘uit’. Hoe je je paard zover kunt krijgen dat hij blijft lopen wanneer jij stil zit, kun je het beste vragen aan je instructeur.

Ik heb een korte video gemaakt over onderstaande oefeningen. Deze kun je hier bekijken:

Tips en oefeningen

Voor de volgende oefeningen gaan we ervan uit dat de bovenstaande punten in orde zijn of gecorrigeerd: het bekken staat in middenstand, het zadel past de ruiter en je paard is voldoende voorwaarts. Nu kunnen we aan de slag met wat oefeningen voor een betere beenligging.

  1. Bovenbeen op de juiste manier tegen je zadel leggen

Wil je een stil onderbeen, dan is de positie van je bovenbeen essentieel in de uitvoering.

Veel ruiters hebben namelijk de neiging om te veel op het achterste gedeelte van de bovenbenen te zitten. Hierdoor draaien de tenen naar buiten en rolt het been bij elke pas van het paard langs het zadel.

Zolang je been blijft rollen, is het voor je heupen en knieën niet goed mogelijk om te buigen en te strekken. Dit kun je naast je paard ook goed voelen wanneer je een plié doet met je tenen naar buiten. Je voelt dan de druk op je onderrug.

Het buigen en strekken van je heupen en knieën vangt het grootste gedeelte van de bewegingen van je paard op. Een stil been is dus stil wanneer deze twee gewrichten goed met elkaar samenwerken in de buiging en strekking. En dat kan alleen wanneer je bovenbeen op een goede manier tegen het zadel ligt.

We willen een groot steunvlak, dus het platte deel van je been tegen het zadel. Dit kun je doen door letterlijk je hamstrings onder je been vandaan te trekken. Zo komt het plattere deel aan de binnenkant van je dijbeen vrij en tegen het zadel aan te liggen. Je mag zelfs zo ver gaan dat het binnenste randje van je knieschijf tegen je zadel aan komt.

Je kunt deze positie ondersteunen door het rijden met ballen onder de achterzijde van je bovenbenen of het gebruik van EquiDs. Deze middelen zorgen ervoor dat het naar buiten draaien van je bovenbeen minder wordt, zodat je gemakkelijker contact maakt met de binnenkant van je dijbeen.

  1. Kniewrongen op de juiste manier gebruiken

Als je dat platte deel van je bovenbeen tegen je zadel hebt liggen, wil je natuurlijk wel dat ook je knie op de juiste plaats ligt. Bepalend voor deze positie zijn je kniewrongen.

Veel ruiters gebruiken de kniewrongen van hun zadel om hun knie tegenaan te leggen. Het dikke gedeelte van de wrong zit dan tegen de binnenkant van de knie. Dit zorgt voor problemen, in de eerste plaats je bovenbenen die naar buiten draaien. Al eerder vertelde ik dat je in die positie moeilijker kan buigen en strekken in de heupen en knieën.

De kniewrong hoort dan ook niet aan de binnenzijde van de knie te liggen, maar je knie hoort hierachter. Zo helpt de wrong je om de opwaartse bewegingen van je paard op te vangen en je been ligt zo veel stabieler.

Door het rijden met een balletje aan de binnenkant en voorkant van je bovenbeen wordt je makkelijker bewust van de positie van je knie tegen je zadel.

  1. Staan in de beugels

Dit is werkelijk de beste manier om een stille beenligging te oefenen. Door te staan in de beugels train je je balans. Daarnaast leer je hoe je je spieren moet coördineren om voldoende te veren in je heupen, knieën en enkels. In deze blog lees je hoe deze oefening werkt.

  1. Rijden met ski’s

Nee, natuurlijk niet letterlijk! Ik bedoel metaforische ski’s. Doe alsof je lange latten onder je voeten hebt. Je wilt dat deze latten parallel aan elkaar blijven wijzen, ze mogen dus niet voor of achter je kruisen. Dat zou ook niet kunnen, want dan gaan ze door je paard heen.

Soms merk je misschien dat een ski meer de neiging heeft om te kruisen dan de andere. Controleer in dat geval even of je echt in het midden van je paard zit en je middenstand van je bekken wel klopt.

Om nog een extra dimensie toe te voegen; je wilt ook dat de ski’s evenwijdig aan de grond lopen. De voorkant of de achterkant mag dus niet gaan slepen aan de achterkant of scheppen aan de voorkant. Dit helpt om je enkel in de juiste positie te houden.

  1. Enkelbeweging

Over enkels gesproken; deze doen bij een stille beenligging niet zo heel veel meer. Als het goed is zijn je heupen en je knieën druk aan het werk om zoveel mogelijk bewegingen op te vangen. Voor je enkels blijft er niet zoveel meer over en dat is maar goed ook!

Door de vele gewrichten in je voet kan deze erg veel bewegingen maken. In dit geval houden we het even simpel: we hebben het alleen maar over het buigen en strekken van je enkel.

Om duidelijk te maken wat ik bedoel, moet ik even iets algemeens uitleggen over beweging. We nemen je enkel als voorbeeld: Je kunt je enkel bewegen door je voet te bewegen. Je kunt je enkel ook bewegen door je scheenbeen te bewegen.

Wanneer je loopt en je voet is in de lucht, beweegt voornamelijk je voet ten opzichte van je onderbeen. Wanner je voet op de grond staat, beweegt vooral je onderbeen ten opzichte van je voet.

Bij het paardrijden met een zadel en beugels is het wat moeilijker. Doordat je beugel niet heel stabiel is (hij wiebelt aan de beugelriem), zijn veel ruiters geneigd om de voet te bewegen ten opzichte van het scheenbeen.

Een stabiele beenligging ontstaat echter door het onderbeen te bewegen ten opzichte van de voet.

Dit voelt in het zadel een beetje als knielen, alsof je een lunge doet. Bij elke pas zakt je knie een beetje naar beneden. Dit gebeurt in de meeste gangen om en om, links en rechts.

Wanneer je dit gegeven combineert met het gebruik van je ski’s zul je waarschijnlijk merken dat je steunvlak een hele nieuwe dimensie krijgt. Je kunt extra bewustzijn voor deze manier van bewegen trainen door te rijden met een spons tussen je scheenbeen en je beugelriem.

Met deze tips en oefeningen kun je zeker even vooruit. Wil je meer tips en trics voor een stillere beenligging? Neem dan eens een kijkje bij onze online trainingen of op onze Facebookpagina. Hier vind je nog veel meer informatie, oefeningen en handvatten om je houding en zit te verbeteren!

De Ruiterschool © , About, contact, Privacy Policy, Algemene voorwaarden, Vacatures